Werken aan FryskLab: euforie en slap gegooide dartpijltjes
Van de week maakte ik voor intern gebruik een lijstje van wat we allemaal ondernomen en bereikt hebben sinds de gemeente Leeuwarden ons driekwart jaar geleden in staat stelde de bus aan te schaffen. Vanaf 9 september 2013 leidde dat tot deelname aan meer dan 20 evenementen, mochten we 17 keer komen opdraven voor presentaties in binnen- en buitenland en sinds het turven zijn daar alweer zo’n tien verzoeken bij gekomen.
Daaronder twee zeer aansprekende publieke evenementen, een prachtige internationale conferentie en de uitrol van ons educatieve aanbod in het nieuwe schooljaar. En natuurlijk het feit dat we aan bod kwamen in het Kamerdebat over de Bibliotheekwet als voorbeeld van toonaangevende bibliotheekinnovatie en dat we een pluim kregen van de Ierse minster van Onderwijs.
En alsof de koek niet op kan ook verzoeken tot publicaties. Voor het Handboek Informatiewetenschap schrijf ik een artikel over makerspaces. Het artikel op Medium wordt op verzoek overgenomen op het platform Opensource.com en de ultieme kers op de taart is het verzoek een boek te schrijven over makerspaces en bibliotheken. Dat laatste ga ik doen voor een Amerikaanse uitgever, waarbij ik samenwerk met een Amerikaanse collega. Een ontzettend eervol verzoek en erg spannend.
Mijn directeur zegt altijd: de mensen die initiatief nemen herken je aan de pijlen in hun rug. Als je heel goed kijkt zie je in onze ruggen een met een miezerig boogje gegooid dartpijltje. Zo eentje die maar nét blijft hangen. Het lichtelijke ongemak dat dat oplevert wordt echter rúim overschaduwd door alle erkenning die onze kant op komt. En uiteindelijk doen we het voor blikken als hieronder. Onbetaalbaar wat voor energie je daarvan krijgt.